Iemand, die zich presenteert als ondernemer en in een reeks van jaren alleen prestaties heeft verricht waarvoor hij geen vergoeding heeft gevraagd of gekregen, is geen ondernemer voor de omzetbelasting. Een ondernemer verricht economische activiteiten, dat wil zeggen leveringen van goederen of diensten tegen vergoeding. Wie geen ondernemer is, heeft ook geen recht op aftrek van voorbelasting.

Hof Arnhem-Leeuwarden is van oordeel dat de Belastingdienst terecht naheffingsaanslagen heeft opgelegd aan een persoon die geen vergoeding in rekening bracht voor zijn diensten omdat zijn afnemers geen vergoeding konden betalen. De omzet van deze “ondernemer” was in de jaren 2014 tot en met 2016 nihil. De inschrijving in het handelsregister bepaalt niet of iemand ondernemer is. Omdat de belanghebbende ook niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij in 2014 tot en met 2016 het voornemen heeft gehad om diensten tegen vergoeding te gaan verrichten, had hij geen recht op aftrek van voorbelasting.

Bron: Hof Arnhem-Leeuwarden | jurisprudentie | ECLINLGHARL20208477, 19/01249 | 19-10-2020