De Wet op de omzetbelasting bevat drie bijzondere regelingen waarbij ondernemers de btw die zij verschuldigd worden in verschillende lidstaten van de EU kunnen aangeven en voldoen in één lidstaat. Het gaat om de niet-Unieregeling, de Unieregeling en de invoerregeling. Bij die bijzondere regelingen wordt de in de lidstaat van identificatie van de ondernemer de over een belastingtijdvak aangegeven en voldane btw verdeeld over de andere lidstaten waarin de ondernemer zijn verkopen heeft verricht. De ondernemer kan in de btw-melding correcties voor eerdere belastingtijdvakken opnemen. De btw-melding kan daardoor negatief uitvallen voor de lidstaat waarvoor de correctie plaatsvindt. Uitgangspunt is dat de correctie wordt afgewikkeld door de lidstaat waarvoor de correctie wordt gemaakt en niet door de lidstaat van identificatie. Een negatieve btw-melding die door Nederland moet worden afgewikkeld, wordt op grond van dit voorstel automatisch aangemerkt als een verzoek om teruggaaf. Een niet in Nederland gevestigde ondernemer hoeft daardoor voor die teruggaaf niet afzonderlijk een verzoek om teruggaaf te doen.
Aanpassen verwerking negatieve btw-melding
Bron: Ministerie van Financiën | wetsvoorstel | 20-09-2021
Door Henk-Jan Steller|
Over de auteur: Henk-Jan Steller
Henk Jan studeerde fiscaal recht aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam. Hij is een eigenwijze gepassioneerde specialist met een geheel eigen aanpak. Recht door zee, to the the point en analytisch sterk. Henk Jan heeft ruime ervaring in de BTW-praktijk en heeft in 2006 BTW Nederland opgericht.