Voor de omzetbelasting zijn diensten alle andere prestaties dan leveringen van goederen. Een dienst veronderstelt een handeling in ruil voor een vergoeding. Tussen de handeling en de vergoeding moet een direct verband bestaan. De vraag in een procedure voor Hof Amsterdam was of de door een leverancier van medische voeding en babyvoeding aan ziekenhuizen verstrekte kortingen de tegenprestatie vormde voor diensten van de ziekenhuizen.

De ziekenhuizen namen door tussenkomst van distributeurs producten van de leverancier af. De hoogte van de korting hing af van de afgenomen hoeveelheden producten. De leverancier bood kortingen aan om te kunnen concurreren met andere aanbieders van vergelijkbare producten. De leverancier streefde naar omzetvergroting in de verwachting dat mensen, die tijdens verblijf in het ziekenhuis gewend waren aan producten van de leverancier, deze na hun thuiskomst ook zouden kopen. De ziekenhuizen waren niet verplicht om de producten van de leverancier te promoten als tegenprestatie voor de kortingen. Volgens Hof Amsterdam was geen sprake van een dienst van de ziekenhuizen aan de leverancier. Dat gold ook voor het plaatsen van proefpakketten met drinkvoeding en informatiefolders door de leverancier in de poliklinieken, vanwege het bijkomstige karakter daarvan. Er was sprake van indirect verleende kortingen. De kortingen verminderden de vergoeding die de leverancier had ontvangen en gaven de leverancier recht op teruggaaf van omzetbelasting.

Bron: Hof Amsterdam | jurisprudentie | ECLINLGHAMS2021942, 19/01347 | 20-01-2021