Bij de verkrijging van in Nederland gelegen onroerende zaken moet overdrachtsbelasting worden betaald. Er geldt een vrijstelling van overdrachtsbelasting voor een levering waarbij omzetbelasting is verschuldigd, tenzij het gaat om een als bedrijfsmiddel gebruikte zaak en de verkrijger de omzetbelasting in aftrek kan brengen.


De levering van onroerende zaken is van omzetbelasting vrijgesteld, met uitzondering van de levering van een gebouw en de bijbehorende grond vóór, op of uiterlijk twee jaren na het tijdstip van eerste ingebruikneming. Ook de levering van een bouwterrein is belast met omzetbelasting.


Een bestaand gebouw kan door een verbouwing veranderen in een nieuw vervaardigd gebouw. Volgens de rechtbank was dat geval bij de verbouwing van een monumentaal fabriekspand, dat jaren leeg had gestaan. De fundering was aangepast, bestaande binnenmuren met een stabilisatiefunctie waren verwijderd en er was een nieuwe staalconstructie aangebracht om met de resterende muren het nieuwe dak te kunnen dragen. De verbouwing was dermate ingrijpend dat in wezen nieuwbouw had plaatsgevonden. Volgens de rechtbank is niet van belang dat monumentale aspecten van het oude gebouw zijn bewaard of dat de uitstraling van het gebouw in stand is gebleven. Bij de levering van het pand was geen overdrachtsbelasting verschuldigd.

Bron: Rechtbank | jurisprudentie | ECLINLRBZWB2019774, BRE 17/3002 | 25-04-2019